Zorgreservist van het eerste uur Hans Blankestijn nam het voortouw. Samen met het programmateam van de Nationale Zorgreserve, een groep huisartsen en andere specialisten, en Verenso (Vereniging van specialisten ouderengeneeskunde) ontwikkelde hij de afgelopen maanden het artsenpakket. 

Twee zaadjes en een ingeving

Een uitbreiding van de inzet van zorgreservisten ontstaat niet van het ene op het andere moment. In het geval van het artsenpakket lagen twee hele concrete hulpvragen en één gedreven zorgreservist - met een achtergrond als huisarts - aan de basis van deze ontwikkeling. 

Patrick Schrooten - operationeel manager bij de Nationale Zorgreserve - legt uit: “Vorig jaar nam een groot ziekenhuis uit de regio Haaglanden contact met ons op. Ze hadden een hulpvraag voor hun SEH: door een lokale opleving van het RS-virus hadden ze een acuut capaciteitsprobleem. Op dat moment hadden we onvoldoende geschikte zorgreservisten om hen te ondersteunen. Hier werd het eerste zaadje geplant: we hebben als Nationale Zorgreserve toegang tot een groep voormalige artsen en specialisten die bij zo’n crisis als zorgreservist het verschil kunnen maken.”

Het tweede moment was na de afronding van een van de proeftuinen medio 2021. Patrick: “het ziekenhuis in kwestie deelde na afloop: ‘We zijn heel blij met de inzet van zorgreservisten op de afdelingen, maar de échte noodzaak zit op de IC.’

Er is - nog steeds - een enorm tekort aan IC-personeel. Door onze ervaringen bij de proeftuinen weten we dat je je als zorgorganisatie goed intern kunt voorbereiden op een crisis door te anticiperen op het intern doorschuiven van personeel. Vaste teamleden kunnen opgeleid en voorbereid worden voor inzet op een specialistische afdeling. De plek die zij achterlaten kan worden ingevuld door een zorgreservist. Is doorschuiven niet gewenst dan kan mogelijk op basis van het artsenpakket een voormalig arts worden ingezet op een specialistische afdeling. ” 

Hoewel het programmateam kansen zag om te ondersteunen bij zo’n hulpvraag, is er wel een significant ander activiteitenpakket nodig dan waar we tot nu toe mee hebben gewerkt.

Innoveren vanuit de community

De community van de Nationale Zorgreserve bestaat uit zorgreservisten met hele diverse achtergronden. Allemaal staan ze klaar om hun oud-collega’s te helpen in tijden van crisis. Om te doen wat nodig is. In de regio houden onze community managers de vinger aan de pols en betrekken ze enthousiaste zorgreservisten bij de ontwikkeling van de Nationale Zorgreserve.

Begin van dit jaar stuurden zij een oproep uit onder de zorgreservisten: ‘Wie wil ons ondersteunen om de Nationale Zorgreserve verder uit te bouwen naar een duurzame organisatie met een duidelijk herkenbaar aanbod?’ Hans Blankestijn, oud-huisarts en zorgreservist van het eerste uur, reageerde per ommegaande.  

“Hans reageerde meteen op onze oproep,” vertelt Silvia van Gaal, community manager bij de Nationale Zorgreserve. “Hij zei: ‘Ik wil helpen om de Nationale Zorgreserve verder te ontwikkelen, wat heb je nodig?’ Gaande het gesprek ontdekte ik dat Hans zijn kennis en ervaring als voormalig huisarts onvoldoende kon benutten met de huidige activiteitenpakketten.

Met alle liefde staat hij als zorgreservist naast zijn collega’s om te doen wat nodig is. Maar hij zei me ook: ‘Dit is een gemiste kans!’ Er ligt zoveel potentie in de doelgroep van voormalige huisartsen en andere specialisten, en we weten dat er bij zorgorganisaties ook echt behoefte is aan zorgreservisten met een achtergrond als arts.”

Patrick vult aan: “Ik dacht ‘het zou mooi zijn als hij meer tot zijn recht kan komen, maar nu kunnen we dat helemaal nog niet waarmaken.’ Daarom heb ik toen aan Hans gevraagd of hij een voorzet wilde maken voor een activiteitenpakket waarmee we een kader kunnen bieden voor de inzet vanuit zijn specialisme. En nu is daar het artsenpakket: een innovatie voor de community, vormgegeven vanuit de community.” 

Startkracht in de regio

Onze community managers spelen een sleutelrol in de Nationale Zorgreserve: als spinnen in het web weten ze als geen ander wat de behoeftes zijn van de zorgorganisaties én de zorgreservisten uit hun regio’s. En vanuit die positie zien zij de community echt als motor van de ontwikkeling van het burgerinitiatief dat de Nationale Zorgreserve is. 

Silvia legt uit hoe innovatie vanuit de lokale communities vorm krijgt: “Als een zorgreservist zelf kansen ziet en zijn of haar kennis en ervaring inzet om die te benutten, dan ga ik daar helemaal op aan. Met die bril kijk ik ook naar de verdere ontwikkeling van de Nationale Zorgreserve. Onze zorgreservisten ervaren de verbondenheid met mede-reservisten en zorgorganisaties vooral op regionaal niveau, en op dát niveau faciliteren we ook de ontwikkeling van de Nationale Zorgreserve. De ontwikkeling van een artsenpakket is natuurlijk een landelijke aangelegenheid, maar de startkracht zit echt in de regio”

“Ik vind het logisch om het concept van de Nationale Zorgreserve door te ontwikkelen op een manier die aansluit bij de vragen van zorgorganisaties aan de ene kant, en bij de signalen die zorgreservisten ons geven aan de andere kant,” vult Patrick aan. “Met het artsenpakket kunnen we nu ook voormalige huisartsen en andere specialisten aanbieden voor inzet in tijden van crisis.”

Blik op de toekomst 

“Met het artsenpakket kunnen we nog meer maatwerk leveren, voor zowel de doelgroep van voormalige artsen die zich willen inzetten als zorgreservist, als de zorgorganisaties die behoefte hebben aan dit specialisme,” vertelt Silvia. Het artsenpakket is daarom ook door beide partijen uitvoerig gereviewed.

Met het artsenpakket faciliteren we de inzet van voormalige huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde, artsen verstandelijke gehandicaptenzorg, en ziekenhuisspecialisten. Via Hans Blankestijn en de Nationale Zorgreserve zijn diverse voormalig huisartsen en specialisten geconsulteerd, die werkzaam zijn geweest bij de GGD, verpleeghuizen en huisartsenpraktijken. Verenso keek mee vanuit de bril van de ouderengeneeskunde en ziekenhuis St Jansdal gaf feedback met betrekking tot de inzet van voormalige artsen bij ziekenhuizen. 

Veel zorgorganisaties gebruiken deze periode  om zich - samen met de Nationale Zorgreserve - voor te bereiden op een volgende crisis. Of dat nu een volgende golf van de coronapandemie is, een lokale uitbraak van een ander virus of bijvoorbeeld een watersnood. Silvia: “De zorg is zó breed en je weet nooit waar en wanneer een volgende crisis zich ontvouwt en welke hulp er dan nodig is. Daarom is het van belang om naast zorgreservisten die echt allround ingezet willen worden, ook specialistische kennis paraat te hebben.”

En daar blijft het niet bij. Patrick: “We blijven als programmateam kijken hoe we beter kunnen aansluiten bij de behoeften die leven bij zorgorganisaties én bij de zorgreservisten. En dit is daar een goed voorbeeld van.” 

Spread the news!

Onze community managers zitten klaar om voormalig huisartsen en andere specialisten warm te ontvangen als zorgreservist. Je kunt ons ondersteunen om de community van de Nationale Zorgreserve verder uit te bouwen door dit mooie nieuws te delen in jouw omgeving.

Stuur de link naar dit artikel door binnen je persoonlijke netwerk, of deel onze berichten via de socials. Zo staan we samen klaar om de continuïteit van zorg te waarborgen bij een volgende crisis!

 

Foto: Hans Blankestijn ontvangt voor zijn inzet tijdens de eerste proeftuinen in 2021 het speldje van de Nationale Zorgreserve uit handen van Diederik Gommers.