Het Beatrixziekenhuis in Gorinchem, onderdeel van Rivas Zorggroep, is een kleinschalig regionaal ziekenhuis met een warme sfeer. Een kern van betrokken, vaste medewerkers, een betrouwbare flexpool en een flexibele schil daaromheen: stuk voor stuk mensen die zich zeer verbonden voelen met het ziekenhuis, de patiënten en de collega’s. Mensen die daar vaak jaren werken en elkaar weten te vinden in de liefdevolle zorg en aandacht voor patiënten.
Problemen in bezetting
Toch loopt ook hier niet alles altijd op rolletjes. Amy Wolfs, hoofd Zorgplanning bij het ziekenhuis, vertelt: “De afgelopen tijd hebben we aan twee kanten problemen met de bezetting ervaren. Aan de ene kant liep de zorgzwaarte van patiënten door Covid en door inhaalzorg enorm op, wat een groter beroep op het verplegend en verzorgend personeel deed. Aan de andere kant werd ook ons eigen personeel ziek. De zorg aan patiënten kwam door het hoge verzuim in de knel. Zie in zo’n situatie je bezetting maar op orde te krijgen.”
Amy Wolfs, hoofd Zorgplanning Beatrixziekenhuis
Met de inzet van de flexpool, tijdelijke urenuitbreiding van eigen personeel en de inzet van personeel via uitzendbureaus kreeg het Beatrixziekenhuis de zorg lange tijd rond. Tot ook dat niet meer dreigde te lukken. Reden om in deze crisis de hulp van de Nationale Zorgreserve in te roepen.
Proeftuin Nationale Zorgreserve
Al eerder had het Beatrixziekenhuis ervaring opgedaan met de inzet van zorgreservisten. Het Beatrix was een van de proeftuinen waar het werken met zorgreservisten is onderzocht. Amy: “We hebben de proeftuin met een klein projectteam vanuit de verpleegafdelingen opgezet, en werden daarin begeleid door de Nationale Zorgreserve. Ons bestuur, onze directie en staf waren enthousiast over het experiment. Doel was om te onderzoeken of, en zo ja hoe, de inzet van zorgreservisten een serieus instrument kan zijn in tijden van crisis.”
“We hebben de proeftuin destijds op twee afdelingen vormgegeven, en daar de leiding en het personeel van de afdelingen nauw bij betrokken. We hebben geëxperimenteerd met verschillende soorten diensten: hele en halve diensten, dag- avonddiensten. Uiteindelijk bleek dat de inzet van zorgreservisten vooral welkom is in de spits van de zorg ’s ochtends vroeg."
De proeftuin vond plaats in een periode waarin het niet echt crisis was, waardoor er tijd was om te reflecteren en te leren. Belangrijke lessen die zijn geleerd, volgens Amy: “Administratieve procedures kunnen tijdrovend zijn, en dat is juist iets waar je in een crisis geen tijd voor hebt. Het was belangrijk om te kijken hoe we die procedures konden verkorten om zorgreservisten zo snel mogelijk in te kunnen zetten.”
Een andere les die is geleerd, is hoe belangrijk het voor zorgreservisten is om één centraal aanspreekpunt te hebben waar ze met al hun vragen terecht kunnen. Dat is Amy, die de weg binnen het ziekenhuis goed kent en op die manier een schakelpunt voor de zorgreservisten is. Ze neemt die verantwoordelijkheid graag op zich: dat komt immers ten goede aan het zorgproces, “en daar doen we het tenslotte voor”.
Groot zorghart
En toen werd het écht crisis. In het najaar heeft het Beatrixziekenhuis voor het eerst weer een beroep gedaan op de Nationale Zorgreserve. Voor Amy was het een aangename verrassing om te merken dat veel van de zorgreservisten uit de proeftuin weer de weg naar het ziekenhuis wisten te vinden. “Ze horen er helemaal bij, het voelt vertrouwd, ze kennen de weg en voelen zich steeds meer bij ons thuis. En heel belangrijk: ze hebben een groot zorghart en leveren kwaliteit.”
Juist omdat deze zorgreservisten inmiddels zo vertrouwd zijn met de organisatie, kunnen ze steeds zelfstandiger aan de slag, en is minder inwerktijd nodig. Er wordt vaak gewerkt met diensten van 4 uur, maar tijdens de afgelopen periode van crisisinzet bleek dat in de zorgspits ’s ochtends diensten van 2 uur soms al genoeg zijn. Sommige zorgreservisten vinden zo’n korte dienst prettig. “Er is zelfs een reservist die vóórdat haar reguliere werk begint, hier een dienst van 2 uur komt draaien”, aldus Amy.
Hoe het komt dat er een vaste kern van zorgreservisten rond het ziekenhuis is ontstaan? Voor een deel heeft dat volgens Amy te maken met de kleinschaligheid van het ziekenhuis én met het feit dat zorgreservisten uit de regio komen. “Het is voor hen bij wijze van spreken naast de deur.” Maar ook de waardering door zorgprofessionals en patiënten speelt een grote rol, en niet te vergeten de persoonlijke benadering door Amy zelf, die stáát voor ‘haar’ zorgreservisten. “Het zijn toppers, en dat laat ik ze weten ook.”
Heeft het Beatrixziekenhuis de Nationale Zorgreserve dan nog wel nodig, als ze deze zorgreservisten nu al zo aan zich heeft weten te binden? Amy is resoluut in haar antwoord: “We hebben de Nationale Zorgreserve zeker nodig. Niet alle zorgreservisten zijn altijd beschikbaar, soms hebben ze door werk of privéomstandigheden even geen tijd, of zijn ze aan het inspringen bij een andere zorgorganisatie. Het is dan fijn als we via de Nationale Zorgreserve een beroep op andere zorgreservisten kunnen doen, waardoor we de continüiteit van de zorg kunnen waarborgen.”
Succesverhaal met kansen
Al met al is de inzet van zorgreservisten bij het Beatrixziekenhuis een succesverhaal. Amy is zeer tevreden over de ondersteuning door de zorgreservisten en de begeleiding door het team van de Nationale Zorgreserve. Toch zijn er volgens haar ook verbeterpunten. Zo ligt de administratieve last rond de inzet van zorgreservisten nu bij het ziekenhuis: contract opstellen, VOG aanvragen, diploma’s checken et cetera. Dat houdt het proces zeker in crisistijd onnodig op. De Nationale Zorgreserve zou daarin wellicht een rol kunnen spelen. Ook de functionaliteit van het online platform kan verder verbeterd worden.
Op dit moment doet het Beatrix weer een beroep op zorgreservisten, die inmiddels een vertrouwd fenomeen zijn binnen het ziekenhuis. De reden: een hoog ziekteverzuim onder het eigen personeel ten gevolge van coronabesmettingen. De inzet is net als vorige keren tijdelijk. Zodra het maar enigszins mogelijk is, pakt het eigen, vaste personeel het werk zelf weer op.
Rivas Zorggroep, waar het Beatrixziekenhuis onderdeel van is, is inmiddels ‘gepakt’ door Amy’s verhaal over zorgreservisten. De groep heeft samen met de Nationale Zorgreserve onderzocht hoe zorgreservisten kunnen worden ingezet in de wijkverpleging en heeft inmiddels een hulpvraag uitgezet op het online platform. De eerste inschrijvingen op diensten zijn al binnen. Hopelijk kunnen zorgreservisten ook hier ondersteuning bieden in tijden van crisis, en leidt dit tot een verbinding met de Nationale Zorgreserve die even mooi en duurzaam is als bij het Beatrixziekenhuis.